Theorie Logisch gegevensmodel

Inleiding

Het logische gegevensmodel heeft een aantal doelen. Het beschrijft een implementatie-onafhankelijke structuur van de administratie, En het bevat ontwerpaspecten, die nog onafhankelijk zijn van de keuze van het technische systeem, waarin de gegevens worden opgeslagen (= databasemanagementsysteem of DBMS).

Voordeel van deze onafhankelijkheid is, dat wijzigingen in de opslagstructuur van gegevens geen invloed heeft op het ontwerp van de administratie. Ook de eventuele verandering van platform (bijvoorbeeld van een andere leverancier) kan onafhankelijk van de modellering van de administratie geschieden.

Het logische gegevensmodel specificeert dus wat een administratie dient te bevatten, maar niet hoe deze administratie geïmplementeerd dient te worden. Het logische gegevensmodel vormt dan ook het geschikte ontkoppelpunt tussen de opdrachtgever (de 'businesskant') en haar leveranciers.

Deze ontkoppeling wordt vaak aangeduid als gegevensonafhankelijkheid.

Het beschrijft de gegevens zoals deze in de administratie opgenomen gaan worden. Daarmee dient het als basis voor

het systeemontwerp: de specificaties van gegevensverwerking dient in termen van het logische gegevensmodel te gebeuren;
het bestandsontwerp (met name het ontwerp van databases): aan de hand van het logische gegevensmodel moet de fysieke bestandsstructuur bepaald kunnen worden.

Het logische gegevensmodel dient zodanig te zijn gestructureerd, dat verwerkingsanomalieënworden voorkomen. Hieronder wordt verstaan, dat geen problemen bij de verwerking van gegevens kunnen ontstaan die voortvloeien uit de structuur van de gegevensopslag. Denk hierbij aan het kwijtraken van gegevens doordat ze van andere gegevens afhangen of aan het dubbel (en dus mogelijk foutief) invoeren van gegevens.

In de volgende hoofdstukken werken we de begrippen uit rond de logische gegevensmodellering.