Stabiliseren van het model (stap 8)

In deze stap wordt bekeken door welke wijzigingen het operationeel gegevensmodel voor toekomstig gebruik stabiel gemaakt kan worden.

Een stabieler model kan gerealiseerd worden door een aantal activiteiten:

De relatieabstractie vergt enige toelichting. Stel het volgende diagram:

Relatie abstractie 1

Dit diagram laat zien dat er verschillende relaties tussen de tabellen PERSOON en SYSTEEM bestaan, namelijk de implementaties van de gegevenstypen:

We laten voor het voorbeeld even buiten beschouwing dat een systeem in de regel meer dan een gebruiker heeft.

Door deze relaties in een roltabel onder te brengen, kan op een later tijdstip, indien er meer relaties blijken te bestaan tussen PERSOON en SYSTEEM, worden volstaan met het toevoegen van nieuwe rollen aan deze roltabel. Dat komt dan uitsluitend neer op een uitbreiding van het domein ‘rolnaam’.

Relatie abstractie 2

De roltabel kent de volgende beschrijving: ROL_IN_SYSTEEM (persoonnummer, systeemidentificatie, rolnaam, …..).

Vervolg Het toevoegen van tijdsaspecten en andere beheergegevens (stap 9)